ADVOCAAT EN ALGEMENE VOORWAARDEN

Rechter vernietigt beding

De meeste advocatenkantoren maken gebruik van algemene voorwaarden. Een kantoor in Nederland heeft de volgende – op zich niet ongebruikelijke – bepaling in zijn algemene voorwaarden staan:

Artikel 6

Onverminderd het bepaalde in artikel 6:89 BW, vervalt het recht op schadevergoeding in ieder geval 12 maanden na de gebeurtenis of het nalaten waaruit de schade direct of indirect voortvloeit en waarvoor het kantoor aansprakelijk is.

In een procedure tussen dat advocatenkantoor en een voormalige cliënt, vordert laatstgenoemde, met een beroep op het bepaalde in de artikelen 6:237 sub f en h BW, de algehele vernietiging van de algemene voorwaarden, omdat deze onredelijk bezwarend zouden zijn. Artikel 6:237 BW bevat een opsomming van bedingen in algemene voorwaarden die worden vermoed onredelijk bezwarend te zijn, als het gaat om een overeenkomst tussen een gebruiker van algemene voorwaarden ernerzijds en een wederpartij, natuurlijk persoon, die niet handelt in de uitoefening van een beroep of bedrijf, anderzijds. Dit artikel is bedoeld voor consumenten.

De voormalige cliënt heeft zich ook nog met een beroep op het bepaalde in artikel 6:233 sub a BW op de vernietiging van de algemene voorwaarden beroepen. Dat artikel houdt in dat een beding in algemene voorwaarden vernietigbaar is indien het, gelet op de aard en de overige inhoud van de overeenkomst, de wijze waarop de voorwaarden tot stand zijn gekomen, de wederzijds kenbare belangen van partijen en de overige omstandigheden van het geval, onredelijk bezwarend is voor de wederpartij.

De Rechtbank Oost-Brabant overweegt in haar vonnis van 23 november 2016 (ECLI:NL:RBOBR:2016:6504) in de eerste plaats dat de voormalige cliënt geen beroep toekomt op het bepaalde in artikel 6:237 sub f en h BW, omdat alleen een natuurlijk persoon die niet handelt in de uitoefening van een beroep op bedrijf hierop een beroep mag doen. De voormalige cliënt voldoet niet aan deze voorwaarde. Vervolgens overweegt de rechtbank samengevat (waarbij de partijnamen zijn vervangen):

Artikel 6 van de algemene voorwaarden acht de rechtbank onredelijk bezwarend. Daarbij wordt het volgende in aanmerking genomen. Dit beding is eenzijdig door het advocatenkantoor opgesteld, zonder dat daarbij tussen partijen is onderhandeld. Het advocatenkantoor heeft op het terrein van juridische dienstverlening te gelden als een professional. De cliënt moet als juridische leek worden beschouwd. Het beding komt er op neer dat het recht op schadevergoeding vervalt 12 maanden na de tekortkoming van het advocatenkantoor. Tussen de cliënt en het advocatenkantoor bestaat een langjarige relatie en er is een zekere mate van afhankelijkheid van de cliënt ten opzichte van het advocatenkantoor, gebaseerd op vertrouwen bij de cliënt in het advocatenkantoor. Tekortkomingen van het advocatenkantoor en mogelijk voor de cliënt daaruit voortvloeiende schade zullen onder die omstandigheden niet steeds binnen de termijn van 12 maanden aan het licht komen. Gelet op deze omstandigheden worden de belangen van de cliënt in verhouding tot de belangen van het advocatenkantoor door deze bepaling onevenredig getroffen. Voor zover de vordering van de cliënt strekt tot vernietiging van artikel 6 van de algemene voorwaarden van het advocatenkantoor, zal deze worden toegewezen. Dit brengt mee dat het verweer van het advocatenkantoor voor zover dat is gebaseerd op het bepaalde in artikel 6 van haar algemene voorwaarden, niet slaagt.

Een bepaling als het hier genoemde artikel 6 is dus niet in alle gevallen onredelijk, maar de omstandigheden van het geval kunnen dat anders maken. De cliënt kan dan met succes de vernietiging vorderen. Dat geldt ook in Aruba, Curaçao, St. Maarten en de BES-eilanden.

Karel Frielink
(30 november 2016)

.

Comments are closed.